LDT-Decoder aansluiten aan het TWIN-CENTER !
Het TWIN-CENTER stuurt naast het eigen Fleischmann FMZ-formaat ook het genormeerde DCC-formaat naar de Lok- c.q. wissel-, of schakel- decoder. Daarmee is het TWIN-CENTER in staat, LDT-decoders aan te sturen met het DCC-formaat (S-DEC-4-DC, SA-DEC-4-DC, M-DEC-DC en LS-DEC).
Voor de terugmelding van gebeurtenissen op de modelbaan maakt het TWIN-CENTER gebruik van de s88-terugmelderbus. De LDT-terugmelder modulen RM-88-N en RM-88-N-O (beide voor moment contacten (massa detectie)) en RM-GB-8-N ( (voor spoor bezet meldingen (stroom detectie)) als ook de datasplitter DSW-88-N kunnen probleemloos met het TWIN-CENTER worden ingezet.
In het bestand twin-center_info_de vindt U tips en aansluit voorbeelden van het TWIN-CENTER in combinatie met de LDT-componenten.
Tips voor het gebruik van LDT-decoders met het TWIN-CENTER:
1. DCC decoder aanmelden bij het TWIN-CENTER
In bedrijf zendt het TWIN-CENTER FMZ-data naar de decoders. Om LDT-decoders te laten werken, moeten de bijbehorende adressen worden omgezet naar DCC.
Dit is beschreven in hoofdstuk 8.1 Weichen/Signale am TWIN-CENTER anmelden op bladzijde 39 van de handleiding van het TWIN-CENTER.
Vier items moeten worden ingesteld voor elk adres:
- Het zogenaamde virtuele adres (van 1 tot 2048). Dit komt bijvoorbeeld overeen met het nummer van een wissel.
- Het decoder adres of beter het decoder nummer. Hier zijn waarden instelbaar van 1 tot 512.
- Aan de decoder uitgang kunnen de waarden van 1 tot 4 worden ingesteld, omdat alle LDT-decoders vier uitgangen hebben.
- Het data formaat. Dit moet D zijn voor DCC, als de LDT-decoders de schakel opdrachten moeten uitvoeren.
Omdat de noodzakelijke instellingen van het TWIN-CENTER de eerste keer vaak problemen geven, hebben we ter ondersteuning een tabel met alle details voor de eerste 512 virtuele adressen gemaakt. Download daarvoor het bestand twin-center_address-table1.
2. Decoder adres programmeren
Bij gebruik van het TWIN-CENTER kan het gebeuren, dat de decoder de wisseltong die aangesloten is aan uitgang 1, direct sneller laat schakelen na het indrukken van de programmeer knop S1, zo dat het lijkt alsof er een adres is geprogrammeerd. In dit geval bevinden er zich foute data in het adressen geheugen van het TWIN-CENTER, waarop de decoder reeds reageert.
Ga dan als volgt te werk:
- Programmeer de decoder dan direct na het inschakelen van de digitale centrale, voordat er met een lok wordt gereden.
- Doe dan een RESET van de digitale centrale. Alle opgeslagen gegevens blijven daarbij behouden, maar de adressen in het adres geheugen zijn verwijderd. Druk daarvoor bij het TWIN-CENTER in ingeschakelde toestand tegelijkertijd op de knoppen GO en STOP tot in het display „reset“ verschijnt.
3. Schakel tijd instellen
Het TWIN-CENTER geeft geen zuiver DCC-formaat, maar een mix van FMZ en DCC.
LDT decoders zijn geoptimaliseerd voor deze data. Indien de decoders niet altijd betrouwbaar schakelen, dan biedt het TWIN-CENTER de mogelijkheid dit van te voren aan te passen.
In hoofdstuk 8.5 Schaltzeiten einstellen (bladzijde 42 van de gebruiksaanwijzing van het TWIN-CENTER), wordt deze werkwijze in detail beschreven. De fabrieksinstelling is voor de minimale en maximale schakeltijd 50 ms.
Verhoog de minimale en de maximale schakeltijd in de bovenstaande beschreven situatie naar 250ms.
Onder voorbehoud van technische veranderingen en vergissingen.
© 2019 by LDT
© 2016 by De Digitale SpoorKraam